CD
'Lucht', Ferdi Schukking solo saxofoon
Ruud Tuithof
over het hoesontwerp | Bestel CD |
Optredens
Interview NRC, 27 maart 2000 | Recensie
Volkskrant, 2 maart 2000 | Recensie Jazz
Nu, november 2000
Voorts recensies in Rijn en Gouwe en Hifi Video Test
Programmaboekje
Ingeborg
van Stiphout - FiS (1993)
Het schilderij
is een portret van mij, geschilderd door Ingeborg.
Hieronder volgt een toelichting op alle 14 composities van de CD. De luchten
in het hoesje zijn details van de schilderijen die Meta Knol uitgezocht
heeft na het intensief beluisteren van de CD. Het frappante is dat ze
geen titels wist en toch deze associaties maakte. Dat is voor mij het
zoveelste bewijs dat de verschillende muzen hetzelfde verhaal vertellen
en dat gevoelige mensen dat oppakken. Hieronder staat het hele schilderij
afgebeeld.
Maarten Prins Saxofoons heeft de saxofoon-viltjes geleverd, waarmee de
CD op z'n plaats gehouden wordt. U kunt de CD bestellen: tel. 06-27450768
of via de web site
Ferdi Schukking
Jan
Hendrik Weissenbruch - Landschap in de omstreken van Boskoop (ondergaande
zon), ca. 1864
|
O Amor natural
6:17
O amor natural
is geschreven naar aanleiding van een documentaire van Hedy Honigmann
over de Braziliaanse schrijver Carlos Drummond de Andrade (1902-1987).
Deze dichter schreef op hoge leeftijd erotische poëzie. In
de documentaire worden de gedichten voorgedragen door leeftijdgenoten
van De Andrade en hen is gevraagd vrijelijk te associëren met
de gelezen tekst. Er ontstaat een overzicht van een eeuw liefdesbeleving
met al z'n tederheid, humor, diepte en ontroerende momenten, maar
ook met de grilligheid en machteloosheid van het menselijk bestaan.
In de compositie komen deze elementen terug. De doorgaande 6/8 beweging,
de lyrische melodie, de heftige improvisatie.
|
Leo Gestel - Avondlandschap bij Montfoort, 1909
|
Cirkels 0:59
Cirkels bestaat
uit een aantal arpeggio's (akkoordbrekingen) die snel achter elkaar
gespeeld worden. Daardoor lijken er meerdere melodieën tegelijkertijd
te ontstaan: in het lage, midden en hoge register kun je een afzonderlijke
lijn horen.
|
Reinier
Lucassen - De eenzaamheid van Donald Duck, 1964
|
Black Hole
2:42
Op saxofoon
kunnen ook meerklanken gespeeld worden. Zelfs akkoorden zijn met
bepaalde greep combinaties en een zeer flexibele embouchure (mondstand)
tot klinken te brengen. Het stuk Black Hole wordt gespeeld op baritonsaxofoon
en bestaat uit verschillende groepjes multiphonics.
|
Wassily
Kandinsky - Romantisch landschap, 1911
|
Constellaties
3:31
Constellaties
(bouwwerken): vanuit een basis(grond)toon worden telkens dezelfde
melodieën opgebouwd, die subtiel verschillend zijn. Zo ontstaat
een constellatie van hetzelfde materiaal in steeds andere gedaanten.
|
René
Daniëls - Ondergronds verbonden, 1984
|
Vogelleed
2:06
Vogelleed wordt
gespeeld op de hals en het mondstuk van de tenorsaxofoon. Door met
de hand de hals te openen of af te sluiten onstaat dit karakteristieke
geluid.
|
Charley
Toorop - Vuurtoren bij avond (Oostvoorne), 1915
|
Klakkeloos 3:37
De resonantie
van de baritonsaxofoon wordt gebruikt in het stuk Klakkeloos. Door
de lengte van de buis ontstaan krachtige percussieve effecten. Er
wordt zonder mondstuk gespeeld, waardoor een effect van een koperinstrument
ontstaat: het overblazen van de toon. Het stuk eindigt als ware
de bariton een slagwerk instrument.
|
JCJ
Vanderheyden - Curved skyline, 1990
|
Rijzen
3:34
Rijzen ontstond
tijdens de opnamesessies. Het is een modale improvisatie in a-mineur.
|
Lovis
Corinth - Walchensee, Neuschnee, 1922
|
Springtij
1:24
De tenorsaxofoon-lick
van Springtij wordt herhaald met een dubbelslag met de tong. Andere
technieken die gebruikt worden zijn: slap-tongue, glissandi, het
overblazen van de lage tonen (bugle-calls), en toptonen (flageoletten).
|
Ferdinand
Hodler - Der Niesen, 1910
|
N'dida
2:29
N'dida is geschreven
voor sopraansaxofoon in 1987. Dit Hebreeuwse woord betekent 'zoektocht
door de bergen'. Het korte motiefje bevat enkele microtonen (tonen
tussen de bij ons gebruikelijke halve toon afstand). In andere culturen
zijn deze tonen gemeengoed. Op saxofoon zijn deze kwarttonen te
spelen met speciale greep combinaties. Dat samen zorgt ook voor
de aparte klankkleur en sfeer van de improvisatie.
|
Meindert
Hobbema - Het laantje van Middelharnis, 1689
|
Kruising
4:04
In Kruising
worden twee toonsoorten gebruikt. Het thema (as-mineur) wordt in
het B-gedeelte een halve toon hoger gespeeld. De 'scheve' noot is
de overmatige kwart. De vorm is vrij en volgt de melodie. De baritonsaxofoon
knort in het laag en krijst in het hoog.
|
René
Magritte - The false mirror, 1928
|
Ode aan de
Engelen 2:20
De sfeer van
de kapel 'Het Klooster' in Sambeek inspireerde tot de geïmproviseerde
Ode aan de Engelen. De elf-toons reeks ontstond ter plekke en blijft
spanning houden door de vele rusten die gespeeld worden. Verstilling
en sereniteit zijn het gevolg.
|
Vincent
van Gogh - Steenkoolschuiten, 1888
|
Flow 4:36
Flow, gespeeld
op de tenorsaxofoon, staat in b-mineur. De lange lijnen, het sonore
geluid en de gedragen lyriek zijn de ingrediënten van deze
improvisatie. Het thema is overigens ook te horen bij de Nederlandstalige
'Grapjazz'-popband de 14CMS als intro van 'Mijn Marietje'.
|
Paul
Cézanne - Baders, ca. 1890
|
Antahkarana 1:54
Antahkarana
is ontstaan vanuit de inspiratie door de eeuwenoude traditionele
culturen. De vreemde nasale klanken ontstaan door onconventionele
greep combinaties en roepen associaties op met oosterse slangenbezweerders.
Je kunt er echter ook de boventoonzang van de Pygmeeën in herkennen
en het repetitieve karakter van de melodie doet weer denken aan
de Australische didjeridu (Aboriginals). Antahkarana betekent: 'de
brug tussen het bewustzijn van de persoonlijkheid en het bewustzijn
van de ziel' (Alice A. Bailey)
|
Piet
Mondriaan - De rode wolk, ca. 1907
|
W (Double You) 2:39
W (Double You)
is een improvisatie op sopraan- en altsaxofoon. Het is geïnspireerd
door Roland Kirk (1921-1975). Deze saxofonist was door zijn verlamming
(polio) genoodzaakt aanpassingen aan zijn instrumenten te maken,
zodat de applicatuur voor hem te bedienen was. Hij ging zover, dat
hij zelfs drie/vier blaasinstrumenten tegelijkertijd kon bespelen.
Dit vereist een aangepaste techniek en resulteert in een heel karakteristiek
geluid.
Het thema is gebaseerd op de overmatige kwart (tritonus) die op
verschillende manieren op kan lossen. Het rubato intro gaat over
in een swing-thema en resulteert in de dissonanten die op zichzelf
blijven staan en de spanning vasthouden.
|
Over het
hoesje:
Idee, of de
geschiedenis van lucht, allerminst een vluchtige gedachte...
Toen Ferdi mij
vroeg of ik de CD van zijn solo project 'Lucht' wilde vormgeven
realiseerde ik mij onmiddelijk twee dingen:
- Er zijn al miljoenen CD's ontworpen.
- Dit moest iets worden wat de mensheid nog niet gezien had.
Kortom een
typische Ruud Tuithof opdracht die om een typisch Ruud Tuithof
ontwerp vroeg! Dat betekent dus weer wakker liggen van de pompende
adrenaline, gebrek aan slaap sloopt, maar creativiteit geeft energie,
dat heft elkaar dus weer op!
Ik wilde één
CD inlay ontwerpen die aan alle eisen voldeed, dus geen los boekje,
inlay etc. Zelfs geen CD houdertje.
Uiteindelijk
hebben we na enig 'brainstormen' gekozen voor een vouwvel dat
zo gevouwen werd dat er een voor en achterkant en een binnen en
buitenkant ontstaat. Het geheel is tevens CD 'houder'. Omdat de
plastic CD houder is weg gelaten ontstaat aan de linkerkant van
het doosje een opening, het 'luchtgat'.
Als het vouwvel
uit het doosje is genomen blijft alleen het transparante doosje
over, (transparant, niets, lucht).
Om de CD vast
te houden is er op het vouwvel een saxofoon viltje geplakt dat
in het gat van de CD past (saxofoon viltjes verbinden kleppen,
zodat er geen metaal op metaal kontakt plaats vindt).
De bedrukking
van de CD zelf is een schilderij van Ferdi, geschilderd door Ingeborg
van Stiphout. Het loopt door over de hele voorkant van het vouwvel,
behalve in het 'luchtgat'.
Aan de binnenzijde van het vouwvel zijn details te zien van 'luchten'
van schilderijen, 14 stuks in totaal en zo gerangschikt dat ze
de licht nuances van één gehele dag volgen. (nacht,
ochtendschemer, daglicht, avondschemer, en vervolgens weer nacht).
Aan de 'achterkant' van het vouwvel staat de beschrijving van
de 14 luchten, de naam van de schilder, de titel en data en op
de andere helft de gegevens over de gebruikte instrumenten en
andere noodzakelijke gegevens.
Een laatste
detail: er is ook een boekje met aanvullende informatie over het
project 'Lucht' gemaakt, maar in zeer kleine oplage geproduceerd.
Deze informatie staat wel op de website.
Ruud Tuithof
|
|