16. ROOSMARIE(tekst: Ferdi Schukking)Mijn Roosmarie kan heel goed koken, dat doet ze nu al veertien jaar, als ik thuis kom van mijn werruk, dan staat het eten al weer klaar, nou wil ik helemaal niet stoken, maar laatst was ik weer de sigaar, ik had het buiten al geroken, het huis leek net een abattoir REFREIN: O, o, Rosemarie, je eten is goed maar ik houd niet van peentjes, O, o, Rosemarie, biefstuk malaise met veel te veel teentjes knoflook O, o, Rosemarie, ‘k heb niets te klagen maar dat lust ik nie Ze zei toen dat het heel gezond was, en raakte een gevoelige snaar, het bloed gezuiverd en gesterrukt, als het waar is weegt dat zwaar,toch dacht ik mijn Roos ziet spoken, de worteltjes waren nog lang niet gaar, ze zei da’s beter voor je ogen, dan krijg je later nooit geen staar. REFREIN REFREIN (-nie) |